eindelijk weer wind
dankbaar buigen bomen en
wuiven de blaren
loerend voor een gat
wacht de kat op haar kansen
zo stil als een muis
de luchtkastelen 
in het bejaardentehuis
zijn een kamer groot
opspattend water
midden in de lentezon
zo helder als glas
in de vooravond
springt de teunisbloem open
voor de nachtvlinder